Direct naar de content

Opkomst en ondergang van een gedroomde biobrandstof

Auteur: Rob Buiter
Gepubliceerd op:

Jatropha. Nog maar een jaar of tien terug stond de naam bijna gelijk aan ‘de wonderstruik die niet alleen het klimaatprobleem zou aanpakken, maar tegelijk de armoede in Azië zou bestrijden.’ Wie heeft het er nu nog over?

Jatropha curcas is de naam van een struik waaraan de purgeernoot groeit. Uit de vruchten van deze struik kun je jatropha-olie winnen, wat weer een goede biobrandstof zou kunnen zijn. Jatropha is al bekend als een bruikbaar ‘onkruid’ sinds het vroege begin van de twintigste eeuw. Toen werden er al fakkels gebrand op basis van de olie uit de noten en werden er ook geneeskrachtige preparaten uit gewonnen. In de jaren negentig volgden de eerste pogingen om het onkruid te cultiveren. En met succes. Samen met Nederlandse ingenieurs, konden Indonesische onderzoekers de olie uit jatrophanoten gebruiken als brandstof voor kleine, particuliere generatoren. De noten zouden wel tot 45% bruikbare olie bevatten!

Vanaf 2004 werd jatropha razend populair, om niet te zeggen: een hype. Arme boeren in Indonesië zouden de struiken langs hun akkertjes, of op andere ‘marginale gronden’ kunnen zetten, om zo bijna voor niets noten te telen. De olie zou vervolgens als biobrandstof een bijdrage kunnen leveren aan het klimaatprobleem. Wetenschappelijke onderbouwing voor die scenario’s ontbrak, maar dat kon de politiek en de projectontwikkelaars niet deren. Die omarmden jatropha. Net als veel media. Door de enthousiaste verhalen kwamen ook de investeerders al snel over de brug. De olieproducent D1-oils bracht jatropha zelfs naar de beurs. De beursgang maakte maar liefst 72 miljoen Britse ponden los uit de zakken van beleggers.

In 2006 voerde de Indonesische overheid een landelijke campagne om de jatropha bij kleine boeren onder de aandacht te krijgen. In 2008 liet een wereldwijde inventarisatie zien dat Indonesië –met ruim 200 jatrophaplantages op bijna een miljoen hectare – het land was waar het allemaal ging gebeuren. In 2015 zou dit vast en zeker gegroeid zijn tot meer dan vijf miljoen hectare, zo luidde de voorspelling. Toch waren er op dat moment al veel wetenschappers die stelden dat al die projecties veel te mooi klonken om waar te zijn.

Jatropha, de geflopte bron van biobrandstof.

Thinkstock, Biowetenschappen en maatschappij

Jatropha bleek uiteindelijk vooral een project van investeerders, subsidieverstrekkers, overheden en projectbureau’s, niet van relevante wetenschappers en al helemaal niet van de betreffende boeren zelf. Het bedrijf D1 oils claimde veel grond beschikbaar te hebben voor de teelt, maar die claims konden niet worden geverifieerd. De geïnvesteerde miljoenen werden aan van alles besteed, maar nauwelijks aan de daadwerkelijke teelt van jatropha, en al helemaal niet aan de ontwikkeling van een keten tussen de boeren en bijvoorbeeld de energiecentrales die de biobrandstof zouden moeten gebruiken.

De eersten die afhaakten waren dan ook de boeren die daadwerkelijk aan de teelt waren begonnen. Het was overigens bepaald niet alleen marginale grond waar de noten groeiden. Waar in de optimistische scenario’s alleen waardeloze grond gebruikt zou worden voor de teelt van de wondernoten, werden in de praktijk wel degelijk andere gewassen verdrongen. Maar toen de boeren merkten dat ze hun noten vervolgens helemaal niet konden afzetten, bij gebrek aan een markt, verdween hun interesse. Ook de feitelijke resultaten van de teelt leken in de verste verte niet op de voorspellingen. In 2011 volgde een totale ineenstorting van de hype.

De opkomst en ondergang van Jatropha leert vooral brede lessen over duurzame ontwikkeling. Alleen maar een noot waaruit je biobrandstof kunt halen is niet voldoende voor een gezonde keten. Het vergt ook een consistent beleid van overheden en subsidiegevers en zeker geen opgeblazen verwachtingen van durfkapitalisten. Al met al ligt de ‘schuld’ voor het imploderen van de hype niet eens bij de jatrophanoot zelf. Wellicht dat die het, met een meer gedegen aanpak, ooit nog wel eens tot een reële biobrandstof weet te schoppen.

Deel dit artikel

Gerelateerde artikelen

  • Zijn alle embryo’s potentiële mensen?

    In het complexe debat over embryo’s komt vaak het woord ‘potentialiteit’ naar voren. Maar wat betekent dit eigenlijk, en waarom is het zo belangrijk? Zou je bereid zijn een plukje haar af te staan voor wetenschappelijk onderzoek? Of een buisje bloed? En wat als het …

    • Ziekten genezen
    • Ziekten voorkomen
  • Bacteriën bootsen bladeren na 

    We moeten van het gebruik van fossielen brandstoffen af. Kunstmatige fotosynthese biedt mogelijk een oplossing. Kunnen we koolstofdioxide hergebruiken en omzetten in duurzame brandstoffen met behulp van licht?

    • Duurzaamheid vergroten
Meer artikelen